Heeft u uw
financiële zaken
op orde?

Lees de checklist

Intermedis A & A

De gevolgen van het overlijden van een ondernemer beperken (3)

Geplaatst op: 30-09-2016, 13:39:25

Zoals al eerder opgemerkt, is het een onderwerp waar niemand graag over na denkt, overlijden. Toch is het als ondernemer verstandig hier eens bij stil te staan. Als je op tijd een plan maakt, kun je in veel gevallen namelijk een hoop geld besparen. Eerder al bespraken wij de gevolgen van een overlijden en de faciliteiten voor de inkomstenbelasting. In dit laatste deel zullen we ons richten op de faciliteiten voor de erfbelasting

Erfbelasting
Als iemand overlijdt heb je altijd te maken met erfbelasting. Bij een ondernemer moet dus naast inkomstenbelasting ook nog erfbelasting worden betaald door de erfgenamen. De hoogte van de erfbelasting is afhankelijk van de relatie tot de overledene en de hoogte van de nalatenschap.

Bedrijfsopvolgingsfaciliteit
Gelukkig is ook voor de erfbelasting een voorziening in de wet getroffen. De bedrijfsopvolgingsfaciliteit kan worden gebruikt voor zowel ondernemingen met als zonder rechtspersoonlijkheid. Als je als erfgenaam een onderneming erft, kan je op verzoek een voorwaardelijke vrijstelling krijgen. Deze voorwaardelijke vrijstelling vermindert de te betalen erfbelasting.

Voorwaardelijke vrijstelling
Deze voorwaardelijke vrijstelling heeft meerdere niveaus. De eerste voorwaardelijke vrijstelling houdt een vrijstelling van het verschil tussen de going concern waarde en de liquidatiewaarde van de onderneming in. Omdat de liquidatiewaarde hoger kan zijn, is dit een voordeel voor je erfgenamen. De tweede voorwaardelijke vrijstelling houdt in dat de eerste €1.060.298 (voor 2016) aan ondernemingsvermogen is vrijgesteld. Het ondernemingsvermogen mag worden vermeerderd met maximaal 5 procent van het beleggingsvermogen. Over het meerdere wordt 83 procent vrijgesteld. Dit omvat het ondernemingsvermogen wat €1.060.298 te boven gaat en het beleggingsvermogen van de onderneming. Voor het resterende bedrag zou uitstel van betaling aangevraagd kunnen worden.

Er wordt gesproken van een voorwaardelijke vrijstelling omdat de verkrijging van de vrijstelling vooraf gebeurt. Als achteraf blijkt dat niet aan de voorwaarden voor de faciliteit is voldaan, vervalt de vrijstelling alsnog en moet je belasting betalen over de verkrijging van de onderneming.

 Voorwaarden
Om de vrijstelling onvoorwaardelijk te krijgen moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Allereerst moet de erfgenaam als verkrijger van het ondernemingsvermogen (de erfgenaam) een verzoek indienen om toepassing van de faciliteit. Daarnaast moet de erflater de onderneming ten minste één jaar in het bezit hebben gehad. Dit wordt ook wel het bezitsvereiste genoemd. Voor de erfgenaam, degene die de onderneming voortzet, geldt een voortzettingsvereiste. De erfgenaam moet de onderneming minimaal vijf jaar, na het verkrijger ervan, voortzetten. Dit houdt in dat er geen ingrijpende wijzigingen mogen optreden en de erfgenaam de onderneming moet drijven zoals de erflater dit deed. Indien de erfgenaam besluit de onderneming te gaan verhuren zal geen sprake meer zijn van het voortzetten van de onderneming. Andere situaties die ervoor zorgen dat niet aan het voortzettingsvereiste wordt voldaan zijn het verkopen van (een deel van) het aanmerkelijk belang, het omzetten van gewone aandelen in preferente aandelen of het ophouden winst uit onderneming (of een deel van de onderneming) te genieten. Een derde voorwaarde voor het benutten van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit volgt ook al uit de voorwaardelijke vrijstelling. De faciliteit kan namelijk alleen gebruikt worden voor een materiele onderneming. Er moet dus sprake zijn van echte ondernemingsactiviteiten, beleggingen zullen hier geen deel van uitmaken (de 5 procent daargelaten).

De uitwerking van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit is ingewikkeld, het is dus altijd raadzaam advies in te winnen. Ter illustratie toch een voorbeeld hoe de voorwaardelijke vrijstelling uit kan werken.

Voorbeeld
Vader Jan overlijdt in 2016 en laat een slechtlopende meubelzaak achter. Zoon, Ben, wil de onderneming toch overnemen en voortzetten. Op het moment van overlijden van Jan is de liquidatiewaarde van de onderneming €5.000.000, de going concernwaarde is slechts €4.200.000. De te betalen belasting voor Ben, na toepassing van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit bedraagt:
1e voorwaardelijke vrijstelling: €5.000.000 - €4.200.000 = €800.000
2e voorwaardelijke vrijstelling: €1.060.298 + 83 procent van (€4.200.000 - €1.060.298 = €3.139.702) €2.605.953 = €3.666.251.
Resterende verkrijging: €5.000.000 - €800.000 - €3.666.251 = €533.749. Belasting: 10 procent over €121.903 + 20 procent over het meerdere (€533.749 - €121.903 = €411.846) €82.369 = €94.559. Ben moet dus nog €94.559 erfbelasting betalen, dit is een hoop maar in verhouding met de oorspronkelijke verkrijging van €5.000.000 slechts 1,9 procent.

Testament met legaat
Een relatief simpele manier om ervoor te zorgen dat je onderneming terecht komt bij je bedoelde bedrijfsopvolger is het opmaken van een testament. In een testament kun je nog voor je overlijden zelf bepalen wie je onderneming krijgt. Dit gebeurt aan de hand van een legaat. Doordat je onderneming wordt toebedeeld aan je beoogde bedrijfsopvolger, zal het voor hem of haar veelal gemakkelijker zijn te voldoen aan de voorwaarden voor toepassing van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit.

Wettelijke verdeling ongedaan maken

Indien geen testament is opgemaakt, geldt de wettelijke verdeling. De wettelijke verdeling houdt in dat de wet bepaalt wie je erfgenamen zijn. In eerste instantie zijn dit je echtgenoot (of geregistreerd partner) en je kinderen. Je echtgenoot krijgt de gehele nalatenschap en een schuld aan je kinderen voor hun deel in die nalatenschap. Wanneer je kinderen de beoogde bedrijfsopvolgers zijn, vormt dit een probleem aangezien je echtgenoot de onderneming verkrijgt en dus geen gebruik kan maken van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit wanneer hij of zij niet voortzet.

Indien je echtgenoot wil dat de onderneming toekomt aan je kinderen, maar er vooraf geen maatregelen zijn getroffen, kan ervoor gekozen worden de wettelijke verdeling ongedaan te maken. Als dit gebeurt, ontstaat er een onverdeeldheid van de nalatenschap en hebben alle erfgenamen een gelijke stem in de verdeling van de nalatenschap. Hiermee kan dus bereikt worden dat de onderneming terecht komt bij degene die ook willen en kunnen voortzetten.

Ongedaan making van de wettelijke verdeling is gebonden aan een aantal strenge voorschriften. Allereerst staat de mogelijkheid alleen open voor de langstlevende (je echtgenoot). Ongedaan making geschiedt aan de hand van een notariële akte die wordt ingeschreven in het boedelregister. Een bezoek aan de notaris is dus nodig. Daarnaast moet dit snel gebeuren, na drie maanden vervalt het recht om ervoor te kiezen om de wettelijke verdeling ongedaan te maken.

In het uiterste geval kan er nog gekozen worden om de onderneming over te laten dragen door de rechter. Hieraan zitten echter een hoop extra voorwaarden verbonden. Bovendien brengt dit vaak emotionele gevolgen met zich mee, je bent er immers samen niet uitgekomen.

Uitstel van betaling

Als je geen gebruik kan maken van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit, of achteraf niet voldoet aan de voorwaarden, kun je voor de erfbelasting verzoeken om uitstel van betaling. Ook hier kun je maximaal tien jaar uitstel van betaling krijgen. Wel zal je rente moeten betalen over deze periode. Dit kan in één keer, achteraf.

Aanbeveling
Ook de bedrijfsopvolgingsfaciliteit vergt deskundig advies. Daarnaast is het verstandig vooraf goed over je nalatenschap na te denken en een testament op te stellen. Win dus altijd advies in bij een accountant/belastingadviseur en notaris en begin op tijd met plannen.

 

Bron: www.bc.nl van 30 september 2016

Ga terug naar de vorige pagina